Ingezonden door: Jan Brinkman
Na vijftien jaar dreigt het einde van Jan Brinkman als bloemenverkoper. De gemeente Zwolle eist dat hij zijn kraam Het Stadshaagje twintig meter verderop plaatst, waardoor hij opeens pal in de wind én uit het zicht van het winkelend publiek in Stadshagen staat. ‘Die twintig meter scheelt mij zestig procent omzet. Daardoor ben ik nu door al mijn spaargeld heen en moet ik de tent sluiten.’
Vooralsnog heerst er onbegrip bij Brinkman. ‘Want er zit straks maar één ding op en dat is een bijstandsuitkering aanvragen. En wie moet dat betalen? De belastingbetaler dus. En dat wil ik helemaal niet. Ik wil juist aan het werk, maar uitgerekend de lokale politiek draait mij de nek om. Dezelfde politiek die straks mijn bijstand moet uitkeren.’
Brinkman wil werken, en het liefst als bloemenverkoper op zijn eigen vertrouwde plek waar hij zijn eigen vaste klantenkring heeft opgebouwd. ‘In 1982 werd ik afgekeurd doordat ik als vrachtwagenchauffeur mijn nek zowat in puin had gereden. Ik kon toen een heel royale WAO-uitkering krijgen, maar ik besloot te blijven werken. Mijn vrouw verklaart me nu voor gek.’
Op zijn nieuwe plek is het onmogelijk zijn zaak draaiende te houden. Hij staat pal onder het bejaardenhuis, precies op een plek waar de wind een uitvlucht zoekt. Als hij zijn bloemen wil uitstallen, worden ze omver gestoten door de wind. ‘Bovendien sta ik nu uit het zicht van het publiek. En in oktober, november en december staat een oliebollenkraam voor me. Dan kan helemáál niemand mij meer zien. En bij de geplande hardloop- en wielrenwedstrijden sta ik achter een omheining. Dan ben ik zelfs niet bereikbaar.’
Meer dan een jaar lang heeft hij gestreden tegen de gemeente. Nu voelt hij de energie uit zijn lichaam stromen. ‘Ik slik morfinepillen tegen de pijn in mijn nek en in december heb ik een open hartoperatie ondergaan. Op het moment dat ik uit het ziekenhuis was ontslagen, ben ik weer met veel plezier aan het werk gegaan. Nu wordt mij dat onmogelijk gemaakt en dat doet mij heel erg pijn.’
De reden dat Brinkman zijn kraam moet verplaatsen heeft te maken met het nieuwe standplaatsenbeleid van de gemeente. ‘Maar ik heb nog niet één goed argument gehoord waaróm ik moet verdwijnen. Dat doet me nog het meeste verdriet. Geef me een goede reden en ik weet tenminste waarom. Nu wordt er gezegd: sorry Jan, we willen je daar weg hebben en we kunnen dat doen door ons nieuwe beleid.’
De laatste dagen heeft hij de algemene beschouwingen op televisie gekeken. ‘Dan hoor ik iedereen zeggen dat mensen aan het werk moeten. Ben ik het helemaal mee eens. Maar dan is er iemand die aan het werk wil, en dan stuurt de politiek je de bijstand in. Ik snap het gewoon niet meer.’
UPDATE: de gemeente Zwolle heeft een reactie geschreven op het ingezonden stuk van bloemenverkoper Brinkman. Lees de reactie hier.